vrijdag 20 mei 2011

Stephen

Ik loop door de gangen. De lessen gingen vandaag wel redelijk, en ik heb geen neiging tot een aanval. Mijn conditie wordt dus niet heel erg omhoog gepusht doordat ik me steeds af moet reageren. Wel heb ik gezien dat er ook een groep jongens voetbalt, misschien dat ik dan ook met hen eens mee kan doen, dan heb ik weer eens anderen om mee om te gaan. Het zal goed zijn voor mijn groepsgevoel en voor het contact met de anderen. Misschien kan ik me dan veiliger voelen omdat ik dan hier niet meer zo zeer de vreemde eend in de bijt ben. Alhoewel ik geen nieuwkomer ben, voelt het nu soms nog dat iemand mij nastaart. Ik ben achterdochtig en steeds denk ik dat ze mij herkennen en dat ze me aan willen vallen. Ik vind het echt zo erg dat ik niemand meer recht in de ogen kan kijken. En nu is er ook een organisatie gekomen dat achter geheime informatie wil komen en daarvoor grijpen ze alle kansen aan. Wikileaks; wie verzint nou zoiets. En het ergste is nog wel dat, als ze hun zinnen op die moordzaak zetten van vorig jaar september ik dan gevonden kan worden. Iedereen heeft na publicatie toegang tot de gegevens. En ik zal binnen dan en hooguit twee weken er niet meer zijn. Ze zullen me wegvegen alsof ik een oud stuk vuil ben, en als ze slim zijn dan vegen ze ook ieder spoor uit. Maar nu ga ik eerst naar de voetbalvelden. Wat sport zal me goed doen. Veel mensen zullen zeggen dat ik door draaf als het gaat om sporten. Maar het is voor mij de enige mogelijkheid om mijn energie kwijt te raken en om even niet te piekeren of met mijn gedachten bezig te zijn. Buiten bij het veld kom ik een jongen tegen. “Ken ik jou niet ergens van?”zegt hij tegen mij. “Jij bent toch die ene die, goh wat was het ook alweer?” Terwijl de andere jongen nadenkt, moet ik heel erg mijn best doen om niet van kleur te verschieten. Het voelt als de laatste minuten van mijn leven. Het liefst had ik me nu volop in het voetballen gestort, en ondanks dat dit de eerste persoon was die tegen mijn praatte en echt een leuk gesprek met mij probeerde aan te gaan komt het bij mij nogal dubbel aan. Hoe moet ik dit opvatten. Gelukkig maakt de jongen mijn eindeloze gedachtengang tot een einde. “Jij was toch die jongen die bij de eerste keer bij de lunch weg liep? Ja, dat was jij. Wat was er met je? En gaat het nu wel weer?” Ik slaak een zucht van opluchting. Misschien was die zucht iets te luid, maar ik kon het niet tegenhouden. “Ja, dat was ik. Ik weet niet meer goed wat me bezielde. Ik werd gek van de indrukken en ik ben heel erg gehecht aan regelmaat. En het feit dat dat nieuwe meisje, hoe heet ze ook alweer, Lucy, daar moest zitten was de laatste druppel. Ik moest mijn energie kwijt, en ik heb ook een briefje dat ik no matter what eruit mag lopen en me af mag reageren in de sport. Maar het leek zeker niet zo aardig?” De jongen begint te lachen. “Nee, een betere indruk is anders. By the way ik ben Damian.” Hij steekt zijn hand uit, en met een glimlach schudt ik deze. “Stephen.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten